maandag 5 augustus
Op dag 3 zou het mooi weer worden, dus werd op dag 2 al afgesproken dat we op zoek zouden gaan naar een mooi strand. Arjan had een lijstje gevonden met de mooiste stranden van Normandië, dus werd er ’s morgens na het ontbijt door Arjan en mijzelf uitgezocht welk strand uit dat lijstje het zou worden. Het moest niet te ver rijden zijn, want dat was zonde met het mooie weer en we hadden er eigenlijk gewoon geen zin in. Om lang in de auto te zitten, bedoel ik dan. De keuze viel uiteindelijk op het strand bij Barneville-Carteret, bij Cap de Carteret.
Het zou ongeveer een half uurtje rijden zijn naar Barneville-Carteret. Prima te doen dus. De weg er naartoe verliep rustig, een mooie 80 km weg slingerde door een glooiend landschap. Eenmaal in Barneville aangekomen gingen we op zoek naar een parkeerplaats. We vonden gelukkig al redelijk snel een gratis parkeerplaats en na een klein stukje lopen en sjouwen met stoeltjes, tassen en een koelbox kwamen we uiteindelijk bij een heerlijk stuk strand. Een heel breed strand, wat later nog veel breder werd toen het echt eb was. Er zat nog niemand dus het was helemaal perfect. Stoelen neerzetten, kleren uit en hup naar het water! Door de vele steentjes en stenen werden we min of meer gedwongen iets om te lopen naar een plek in het water waar niet zo veel stenen lagen. Maar ach, het was heerlijk weer en we hadden alle tijd van de wereld, dus dan maar iets verder lopen. We vonden nog wat mooie schelpen ook dus dat was een leuke bijkomstigheid.
Na een tijdje zo wat schelpen gezocht te hebben, wat golfjes tegen onze konten aan te hebben gekregen, wat te hebben geklauterd over grote stenen die bij de ingang van de haven lagen, wat met een beach ball setje te hebben gespeeld en een beetje geluierd te hebben besloten Arjan, Gerben, Jasmin en ikzelf een stukje te gaan lopen. We hadden namelijk op een heuvel een paadje gezien vanuit te verte en wilden wel eens zien waar dat paadje naartoe zou gaan en dachten dat het uitzicht daar wel mooi zou zijn. Het bleek daar Cap de Carteret te zijn. Monique en Maron zouden bij de spullen blijven en lekker relaxen.
Het was even zoeken en gokken hoe we bij dat paadje konden komen, maar het lukte gelukkig in één keer. Gerben en Jasmin op slippers, Arjan en ik trokken onze schoenen aan.
Het werd een pittige wandeling naar Cap de Carteret, maar het was meer dan de moeite waard. Het pad eindigde helemaal bovenop de heuvel, bij een klein museum c.q. vuurtoren. Het uitzicht onderweg was adembenemend, zo mooi! In de verte kon je het eiland Jersey zien liggen (niet op onderstaande foto overigens)
Nadat we weer terug waren van de wandeling bij onze plek op het strand gingen Maron, Monique en Jasmin nog even schelpen zoeken. Gerben ging relaxen met een handdoek over zijn hoofd en Arjan en Walter gingen op zoek naar een restaurant, ook met een handdoek over hun hoofd. Anders konden zij de schermpjes van hun telefoon niet zien.
Het viel ons op dat veel restaurants gesloten waren. Heel veel restaurants. Bijna alle restaurants. En dat in het hoogseizoen, in een toeristisch gebied! Je snapt het niet. Maar goed, uiteindelijk vonden we een restaurant aan het strand. Jammer genoeg werd het bewolkt, zodat we niet zouden kunnen genieten van een mooie zonsondergang. Van het eten konden we gelukkig wél genieten. Dat was nog even spannend, maar ze konden gelukkig nog één tafel voor zes personen vrij maken. Jammer genoeg niet buiten, maar binnen. Maar we waren allang blij dat we wat konden eten! We kozen voor een hoofd- en nagerecht. Het smaakte prima, maar toen we weer buiten kwamen was het vloed. Dat betekende dat van het hele brede strand nog slechts op een paar plekken een paar meter (hooguit 5) over was. Het was genoeg om weer bij de auto te komen zonder natte voeten of erger….
De terugweg verliep net zo rustig als de heenweg, maar dan uiteraard de tegenstelde richting op. Gelukkig maar, anders kwamen we nooit thuis.
Eenmaal aangekomen in het vakantiehuis werd er door iedereen gedoucht en vooral heel veel gesmeerd met after sun, want het insmeren met zonnebrandcrème op het strand was bij zo’n beetje niemand echt zorgvuldig gedaan. Rode armen, benen, buiken, ruggen, hoofden… Iedereen had wel íets verbrand. Maar… niet klagen, gewoon smeren. We hadden ten slotte een heerlijke dag gehad. En dat kon niemand ons meer afnemen.
Na het douchen keken we nog even naar de olympische spelen op de Franse televisie. Zo chauvinistisch als die Fransen zijn, zien we op de Franse televisie meestal alleen maar de sporten waar de Fransen aan meedoen. Hoe lekker is het dan als je de 3×3 basketballers in de laatste seconde de finale ziet winnen van de Fransen! Normaal zijn we niet zo van het basketbal kijken en kenden we ook de spelers niet. Maar het feit dat ‘we’ wonnen van de fransen, zorgde wel voor grote blijdschap bij ons zessen. Een paar wijntjes , borrels en frisjes later ging iedereen weer naar zijn of haar slaapkamer om daar de nacht door te brengen. Het was een topdag!